004 - Roode of Burgerweeshuis

Uit archeologische opgravingen is gebleken dat hier al in de 5e of 6e eeuw boerderijen stonden van een in het terpengebied gebruikelijk model. In de daaropvolgende eeuwen schoof de bebouwing wat op en streken op deze plek begijnen of ‘geestelijke maagden’ neer. Deze gemeenschap, die in 1386 voor het eerst als ‘Olden konvente’ genoemd werd, ging in 1401 over tot de Derde Orde van Sint Franciscus. Het terrein liep door tot aan de stadsmuur, terwijl de oost- en westgrens te vinden waren op de plaats van de huidige straatjes met de toepasselijke naam ’t Klooster. Tegen te veel contact met de buitenwereld werd gewaakt en voor de meeste nonnen was er niet veel meer dan een venster in het aan de straat gelegen ‘Spreekhuis’.

Toen in 1594 als gevolg van de Hervorming bepaald werd dat het Olde Convent geen nieuwe leden meer mocht opnemen, waren er nog slechts enkele oude ‘maagden’ over. Zonder probleem en ‘Ter eere Godes’ konden de ‘E.E. Heere Borgemeestere en de Raadt’ in 1599 dan ook een gedeelte van het complex tot ‘borgerweeshuis’ bestemmen. Twintig kinderen, waarvan de vaders ooit het lidmaatschap van de hervormde kerk en het burgerrecht moesten hebben verworven, konden een plaatsje krijgen. Omdat spoedig bleek dat meer wezen zo’n vader hadden gehad, moesten in 1621 ook de laatste nonnen plaatsmaken. De minderbedeelde hervormde wezen konden vanaf dat jaar terecht in een eigen weeshuis in de Oude Ebbingestraat. Ter onderscheiding waren de ‘burger-wezen’ gedeeltelijk ‘sangen’ (roodachtig) gekleed en de arme wezen groen en sprak men in de wandeling van Roode- en Groene Weeshuis.

Nadat het weeshuis als zodanig had opgehouden te bestaan, werd in 1961 de Stichting Het Poortje opgericht, een opvangcentrum voor jongeren van 12 tot 18 jaar. De naam van de stichting hangt samen met het nog bestaande poortje dat in 1627 door de ‘tsamlick gilden’ aan het weeshuis was geschonken. Toen Het Poortje elders werd gehuisvest, kocht de gemeente in 1989 het gehele complex, met uitzondering van de voogdenkamer. In opdracht van de Woningbouwvereniging Volkshuisvesting volgde een ingrijpende restauratie en uitbreiding, die resulteerde in 55 seniorenwoningen.

004 - Roode of Burgerweeshuis

Archaeological excavations have shown that there were already farmhouses of the mound area customary mode in the 5th or 6th century. In the centuries that followed, the construction shifted a bit and in this area "spiritual virgins' came down. This community, which was named for the first time as "Olden konvente ' in 1386, became in 1401 the Third Order of Saint Franciscus. The grounds continued until the city wall, while the eastern and western border could be found at the current streets, named 't Klooster. It was guarded against too much contact with the outside world. For most nuns, there was not much left than a window in the street called "Speak House”, that was located on the street.

When in 1594, as a result of the reformation, was decided that the ‘Olde Convent’ should not include new members, there were only a few old 'virgins' left. Without any problem and ‘In honour of God’ could the ‘Honourable Master Mayor and the Council’, make a part of the complex to an orphanage, in 1599. Twenty children, whose fathers had ever acquired the membership of the Reformed Church and civil rights, could get a place. Very soon was discovered that more orphans had such a father that in 1621, also the last nuns had to make room for them. From that year on, the less fortunate reformed orphans could go to a private orphanage in the Oude Ebbingestraat. To distinguish the "citizen-orphan” and the “poor orphans” the citizen-orphans were dressed partially in red and the poor orphans green. One spoke about the walk of Red- and Green Orphanage.

After the orphanage had stop to exist as such, in 1961 the Foundation ’Het Poortje’ was established, a shelter for young people in the aged of 12 to 18 years. The name of the foundation is related to the remaining gate, which was in 1627 donated to the orphanage by the ‘joined guilds'. When in 1989 ‘Het Poortje’ was housed elsewhere, the government bought the entire complex, with the exception of the guardian room. Commissioned by the Housing Corporation ‘Volkshuisvesting’ a major restoration and expansion followed, which resulted in 55 seniors housing.

004 - Roode of Burgerweeshuis

Archäologische Ausgrabungen haben gezeigt, dass es bereits im 5. oder 6. Jahrhundert Bauernhöfe auf der Hügellandschaft gab. In den darauffolgenden Jahrhunderten veränderte sich der Bau ein wenig und ‚spirituelle Jungfrauen’ ließen sich nieder. Diese Gemeinschaft, die man im Jahre 1386 zum ersten Mal als "Olden konvente" bezeichnete, wurde 1401 zum dritten Orden des heiligen Franziskus. Das Gelände reichte bis zur Stadtmauer, während die östliche und westliche Grenze entlang der heutigen Straßen mit dem Namen t’ Klooster verliefen. Der Kontakt zur Außenwelt wurde überwacht. Für die meisten Nonnen gab es nicht viel mehr als ein Fenster auf der Straße namens "Sprach Haus“.

Als im Jahre 1594, als Folge der Reformation, entschieden wurde, dass das Oldenkloster keine neuen Mitglieder enthalten sollte, blieben nur noch wenige alte "Jungfrauen" über. Ohne Problem und "Zu Ehren Gottes" konnte der "ehrenwerte Oberbürgermeister und der Rat" im Jahre 1599 einen Teil des Komplexes einem Waisenhaus zuordnen. Zwanzig Kinder, deren Väter jemals die Mitgliedschaft in der reformierten Kirche und der Zivilgesellschaft erworben hatten Rechte, konnten einen Platz bekommen. Sehr bald wurde festgestellt, dass mehr Waisen einen Vater hatten, auf den diese Kriterien zutraf, sodass 1621 auch die letzten Nonnen Platz machen sollten. Von diesem Jahr an konnten die als weniger glücklich angesehenen Waisenkinder zu einem privaten Waisenhaus in der Oude Ebbingestraat gehen. Um die "bürgerliche Waise" und die "armen Waisen" zu unterscheiden, waren die Bürger-Waisen rot und die armen Waisen grün angezogen. Man sprach über den Spaziergang des Rot- und Grün-Waisenhauses.

Nachdem das Waisenhaus als solches aufgehört hatte, wurde 1961 die Stiftung "Het Poortje" gegründet, ein Unterschlupf für Jugendliche im Alter von 12 bis 18 Jahren. Der Name der Stiftung steht im Zusammenhang mit dem verbleibenden Tor, das 1627 von den "verbundenen Gilden" an das Waisenhaus gespendet wurde. Als 1989 "Het Poortje” woanders untergebracht wurde, kaufte die Regierung den gesamten Komplex, mit Ausnahme des Wächterraums. Im Auftrag der Housing Corporation "Volkshuisvesting" folgte eine große Restaurierung und Erweiterung, die in der Errichtung von 55 Senioren Unterkünften resultierte.