098 - Herestraat 106

Eeuwenlang stonden hier aan de voorname Herestraat, als laatste bebouwing voor de zeventiende-eeuwse Herepoort, twee monumentale panden. Het hoekpand met de Herebinnensingel was vele jaren een bakkerij en werd als laatste bewoond door de drie ongehuwde dochters van houthandelaar Hemmes. Het andere was het woonhuis van welgestelde notabelen, onder wie een advocaat-procureur wiens enige kind ‘mejuffrouw Minke de Visser’ later bekend werd als conservatrice van het Groninger Museum en internationaal vermaard kenner van Oosterse keramiek.

De ‘Friesch-Groningsche Hypotheekbank’, opgericht in 1890 en aanvankelijk gevestigd in de Haddingestraat, kocht de panden om ze te slopen en plaats te maken voor de bouw van een nieuw bankgebouw. Hierbij werd in het voorjaar van 1929 een hoekje blootgelegd van het fundament van het zogeheten ‘Kasteel van Alva’, dat in de zestiende eeuw slechts een kort bestaan heeft gehad.

Het ontwerp voor de nieuwbouw werd gemaakt door de bekende Groninger architect Antonius Theodorus van Elmpt. Hij ontwierp een rijk gedecoreerd bankgebouw met diverse metselverbanden in de geometrisch versierende stijl van de Art Déco. Van Elmpt liet de dakvlakken beleggen met inmiddels zeldzame bonte Noorse leien.

De architect accentueerde de verspringende vlakken en het trapsgewijs verlopende metselwerk met werken van stadsbeeldhouwer Willem Valk. De hoek kreeg een in rode zandsteen gehouwen beer en boven de zijingang plaatste Valk een gevleugelde Mercurius, de Romeinse god van de handel. Op 22 december 1930 werd het bankgebouw in gebruik genomen. De krant sprak van ‘werkelijk iets degelijks en daarbij toch iets monumentaals’.

Na het vertrek van de laatste bank, de SNS, werd het inmiddels tot Van Elmpthuis omgedoopte gebouw in 2000 gerestaureerd en verbouwd. Hierbij werden verminkingen uit de tweede helft van de vorige eeuw ongedaan gemaakt en oude elementen in ere hersteld, waaronder het leien dak en de beelden van Willem Valk.

098 - Herestraat 106

At the beginning of the Herestraat stood for centuries, the last buildings of the seventeenth-century Heregate, two monumental buildings. The corner building with Herebinnensingel was for many years a bakery and was last occupied by the three unmarried daughters of timber merchant Hemmes. The other was the residence of wealthy notables, including a lawyer-attorney whose only child miss Minke de Visser was later known as the curator of the Groninger Museum, and an internationally renowned expert in Oriental ceramics.

The “Friesch-Groningsche mortgage bank”, founded in 1890 and initially located in the Haddingestraat, bought the buildings to demolish them to make way for the construction of a new building. In the spring of 1929, a corner of the foundation of the so-called Castle of Alva, which only had a short life in the sixteenth century, was uncovered.

The design for the new building was made by a renowned Groninger architect Antonius Theodorus van Elmpt. He designed a richly decorated bank building with various masonry patterns in the geometric and decorative style of Art Deco. Elmpt laid Norwegian slates on the surfaces of the roof, which are now rare.

The architect accentuated the staggered panels and gradually extending masonry works by city sculptor Willem Valk. The corner was given a red sandstone carved out a bear and above the side entrance, Valk placed a winged Mercury, the Roman god of trade. The bank building was inaugurated on December 22, 1930. The newspaper spoke of “something solid and yet also something monumental”.

After the departure of the last bank, the SNS, the building which was now named after Van Elmpthuis was restored and rebuilt in 2000. Mutilations from the second half of the last century and were undone and old elements were restored, including the slate roof and pictures of Willem Valk.

098 - Herestraat 106

Nachdem die Herestraat seit Jahrhunderten existierte, stellten zwei monumentale Gebäude die letzten des 17. Jahrhundert im Herepoort dar. Das Eckgebäude mit dem Herebinnensingel war lange Jahre eine Bäckerei bevor es von drei unverheirateten Töchtern des Holzhändlers Hemmes übernommen wurde. Das andere Gebäude war die Residenz von wohlhabenden prominenten Personen, wie zum Beispiel eines Staatsanwalts, dessen Tochter Minke de Visser später als Museumsdirektorin des Groninger Museums bekannt wurde und eines international, renommierten Experten für orientalische Keramik.

Die „Friesisch-Groninger Hypothekenbank”, gegründet in 1890 und ursprünglich ansässig in der Haddingestraat, kaufte die Gebäude, um diese abzureißen und den Weg für ein neues Gebäude frei zu machen. Im Frühling 1929 wurde eine Ecke des Fundaments der sogenannten Burg von Alva, welche nur ein kurzes Leben im 16. Jahrhundert hatte, entdeckt. 

Die Gestaltung des neuen Gebäudes wurde von dem renommierten, Groninger Architekten Antonius Theodorus Van Elmpt übernommen. Er entwarf ein reichlich dekoriertes Bankggebäude mit verschiedenen Mauerwerksmustern im geometrischen und dekorativen Stil der Kunstrichtung Deco. Elmpt integrierte Norwegischen Schiefer in der Oberfläche des Daches, welcher heutzutage sehr selten geworden ist.

Der Architekt hob die gestaffelten Platten und die stufenweisen Mauerwerksarbeiten des Stadtbildhauers Willem Valk hervor. Die Ecke wurde durch einen roten Sandstein herausgearbeitet und über dem Nebeneingang platzierte Valk einen beflügelten Merkur, den römischen Gott des Handels. Das Bankggebäude wurde am 22. Dezember 1930 eingeweiht und Zeitungen sprachen von „etwas solidem aber auch überwältigem“. 

Nach dem Auszug der letzten Bank, der SNS, wurde das Gebäude, welches mittlerweile in das Van Elmpthuis umbenannt wurde, im Jahre 2000 restauriert und neu aufgebaut. Zerstörungen aus der zweiten Hälfte des letzten Jahrhunderts wurden behoben und Teile neu erbaut, wozu auch das Schieferdach und Bilder von Willem Valk gehörten.