083 - Eelderbaan

In de Late IJzertijd en Vroeg-Romeinse tijd, rond het begin van onze jaartelling, woonden hier al mensen. Rond de stad Groningen werden veel meer bewoningssporen uit die tijd gevonden. Meestal op toentertijd hoger gelegen plekken, als de Hondsrug en een evenwijdig daaraan liggende zandrug, met een uiteinde enkele honderden meters van dit park. Ook werd er volop gewoond op hoger gelegen oeverwallen in het kweldergebied. De in dit park in 2005 bij een archeologische opgraving gevonden sporen bewezen dat er toen ook op het veen bewoning mogelijk was.

In de ondergrond werd, op het veen, een deel van een zogeheten vlaknederzetting aangetroffen. Dankzij sporen van sloten waren tenminste drie percelen te onderscheiden, met daarop resten van twee schuren, een vermoedelijke ‘spieker’ (voorraadschuur) en een veekraal. Op basis van o.a. gevonden weefgewichten, een maalsteen en botten van rund, schaap/geit en paard werd geconcludeerd dat waarschijnlijk sprake was van een gemengd bedrijf. Omdat er op het terrein geen huisplaats werd aangetroffen maar wel veel aardewerk, lag de kern van de nederzetting vermoedelijk in de directe nabijheid. Zo zou de ‘paalspieker’ mogelijk gekoppeld kunnen worden aan een westelijk gelegen boerderij. En dat maakte het aannemelijk dat de kern zich in die richting moet hebben bevonden.

In de eerste eeuwen van onze jaartelling werd dit gebied door de dalende veenbodem en de toenemende zee-invloed te nat voor bewoning. Pas in de middeleeuwen kon er weer worden gewoond. Op een kaart uit 1732 was het onderdeel van een kleine polder genaamd ‘’t Bedijkte Land’. Vijfenzestig jaar later ging het deel uitmaken van het waterschap De Oude Held, met tot 1883 een gelijknamige molen aan het Aduarderdiep. In de twintigste eeuw werd het hier gelegen weiland ook wel ‘Het Paardenweitje’ genoemd.

Eind jaren zestig kreeg de strook grond ten westen van de in aanleg zijnde wijk Vinkhuizen de naam Eelderbaan. Het was gereserveerd voor een nieuw aan te leggen weg tussen Eelde en de Friesestraatweg. Toen het linkse stadsbestuur deze ‘westelijke ringweg begin jaren zeventig oostelijker dacht, werd de baan onderdeel van een gewestpark. Jarenlang was het een verwaarloosd gebied, maar dankzij de wijkvernieuwing van Vinkhuizen kreeg ook de Eelderbaan een grote opknapbeurt. Bij de aanleg van een helofytenfilter kon een stukje historie worden blootgelegd.

083 - Eelderbaan

People already lived here during the late Iron Age and the Ancient roman time, at the beginning of our calendar era. Traces of habitation from that time have been found throughout the city of Groningen. The traces mostly were found, in that time, on higher grounds like the Hondsrug and the parallel located Zandrug, with the upmost end only a hundred meters away from this park. Also, on higher natural levees in the Kwelderarea has been abundantly lived. Traces, discovered during archaeological site in 2005, proved that living on peat was possible at this time.

In the ground, on the peat, was a so-called flat settlement discovered. As a result of the traces from in the ditches are at least three land plots distinguished, with remaining’s from two barns, a presumed “spieker” (stock barn) and a stockyard. Based on the found weave weights, millstone of bovine bones, sheep/goats, and horses it was concluded that it presumably was a mixed enterprise. There was no house found on this ground even though a lot of pottery has been found, the core of the settlement was presumably close by. The ‘paalspieker’ could possibly be matched to a west located farm. This made it plausible that the core of the settlement should have been situated in this direction.

In the first centuries of our era, this area became too wet for habitation due to descending peat ground and ascending sea tide. The area became liveable again just after the Middle Ages. A map of the year 1732 showed a part of a small polder called “’t Bedijkte Land”. Sixty-five years later it became part of the water board De Oude Held, with the till 1883 homonymous mill at the Aduarderdiep. In the twentieth century, the situated meadow was called “Het Paardenweitje”.

In the late sixties, the strip of land west from the constructing neighborhood Vinkhuizen was assigned the name Eelderbaan. It was reserved for a new road between Eelde and the Friesestraatweg. When the left politic city council thought in the early seventies that the west beltway was located more to the East, became the Eelderbaan part of a province park. For years the area was neglected, but thanks to innovations of the neighborhood of Vinkhuizen the Eelderbaan got a big overhaul. At the installation of the constructed wetlands, a piece of history could have been exposed.

083 - Eelderbaan

Bereits während seit der späten Eisenzeit und der antiken römischen Zeit, dem Beginn unserer Kalenderzeit lebten Menschen hier. In der gesamten Stadt von Groningen wurden Spuren einer Besiedlung aus dieser Zeit gefunden. Diese Spuren befanden sich überwiegend an höher gelegenen Orten, wie dem Hondsrug und dem parallel gelegenen Zandrug, wobei das obere Ende nur hundert Meter von diesem Park entfernt war. Auch auf höheren natürlichen Dämmen in der Kwelder Gegend lebten reichlich Menschen. Durch Spuren, die bei der archäologischen Stätte im Jahr 2005 entdeckt wurden, konnte bewiesen werden, dass das Leben auf Torf in dieser Zeit möglich war.

Auf dem Torfboden wurde eine sogenannte „flache Siedlung" entdeckt. Es wurden dabei aufgrund der Untersuchungen von den Gräben mindestens drei verschiedene Grundstücke voneinander unterschieden, mit Überresten von zwei Scheunen, einem vermuteten „Spieker" (landwirtschaftlicher Speicher) und einem Lagerplatz. Aufgrund des Fundes von Webengewichten, Mühlsteinen aus Rinderknochen, Schafen, Ziegen und Pferden, vermutet man, dass es wahrscheinlich ein gemischtes Unternehmen war. Es gab auf diesem Boden kein Haus, obwohl man eine Töpferei fand. Der Kern der Siedlung lag mit hoher Wahrscheinlichkeit in der Nähe. Man konnte den „Paalspieker" zu einem westlich gelegenen Bauernhof zuordnen, weshalb es plausibel ist, dass sich der Kern der Siedlung in dieser Richtung befand.

Dieses Gebiet wurde in den ersten Jahrhunderten unserer Zeit zu feucht für eine Behausung aufgrund von absteigenden Torfböden und aufsteigenden Meeresgezeiten. Das Gebiet wurde nach dem Mittelalter wieder bewohnbar. Man konnte auf einer Karte aus dem Jahr 1732 den Teil eines kleinen Polders mit dem Namen „t Bedijkte Land" sehen. 65 Jahre später wurde es ein Teil von dem Wasserverband „De Oude Held", mit der gleichnamigen Mühle „Aduarderdiep". Die dort befindliche Wiese hieß im 20. Jahrhundert „Het Paardenweitje".

Der Streifen Land, der sich westlich von der Bau-Nachbarschaft Vinkhuizen befindet, bekam den Namen Eelderbaan. Dieser war für eine neu geplante Straße zwischen Felde und dem Friesestraatweg reserviert. Als der linke politische Stadtrat Anfang der 1970er Jahre dachte, dass der Westgürtel mehr östlich liegen würde, wurde es zu dem „Eelderbaan" Teil des Provinzparks. Das Gebiet wurde jahrelang vernachlässigt, jedoch wurde die Eelderbaan bei Modernisierungen von Vinkhuizen deutlich aufgearbeitet. Bei dem Bau in den Feuchtgebieten könnte ein Stück Geschichte aufgedeckt worden sein.